44E Dagverhaal Vervolg |
blz 141 |
verheugden wij ons in de wedergekeerde rust. Juist zouden wij beginnen aan
de kop soep vooraf of er brak een zodanig geschiet los dat Vader commandeerde:
"Vlug naar de kelder!"
Met geen der vele vroegere bombardementen had Vader het nodig geoordeeld dat
wij ons in die ondergrondse schuilplaats zouden bergen, thans volgden wij met
bekwame spoed zijn bevel op maar vergaten in de haast niet onze koppen soep
mee te nemen die in de kelder staande opgedronken werden. Geluisterd of er nog
meer ontploffingen kwamen; de vliegtuigen trokken weg en het gevaar scheen
geweken, dus gingen wij weer naar boven om onze maaltijd te vervolgen. Doch
deze zou niet zonder stoornis verlopen: in 't geheel doken wij drie malen in
de kelder om tenslotte de wijste partij te kiezen en boterhammen enz mee te
nemen. Bij dit transport liet iemand de broodschaal vallen welke brak. Na
veertig jaren dienst gedaan te hebben zoals Moeder opmerkte. Later zou zij ons
bekennen dat zij in dit breken een kwaad voorteken had gezien.
't Was ons langzamerhand wel duidelijk dat ons verblijf in de kelder van
langere duur zou zijn, daarom brachten wij enige rieten stoelen en dekens naar
beneden benevens wat matten tegen het koude optrekken van de stenen vloer en
een paar schoppen en bijlen daar de mogelijkheid bestond dat het huis
getroffen werd en wij ons dan uit het puin zouden moeten kunnen graven.
Af en toe maakte een van ons een inspectietocht door het gehele huis
- 6 -
om na te gaan of de projectielen ergens schade aangericht hadden; de zolders
werden in 't bizonder nauwkeurig onderzocht. Op de bovenste verdieping ligt
ook de badkamer, welks venster aan de Oostzijde van het huis een ver uitzicht
geeft vanaf de heuvel waarop Vogelsangh ligt over het vlakke land van de Horst
tot waar het Reichswald oprijst. Kleef is niet zichtbaar, het stadje ligt
achter het Wald verscholen.
Over de velden, welke zich zo even nog duidelijk in de heldere zonneschijn
aftekenden, rollen eensklaps dichte nevels die alle zicht beletten. Wij
verwonderen ons over het vreemde verschijnsel, tot het ons duidelijk wordt dat
dit een kunstmatige mist is, een z.g. rookgordijn.
Uit de overzwermende vliegtuigen dalen talloze valschermen neer en verdwijnen
in de mist.
Zou dit de invasie, de lang verwachte bevrijding zijn? De bevrijding waar wij
gedurende de eindeloos gelijkende jaren der bezetting al onze hoop op
gevestigd hadden? Wij durven het nauwelijks te geloven dat dit tijdstip
inderdaad aangebroken is.
Talrijk als vluchten spreeuwen in de herfst snorren de vliegtuigen voortdurend
over. Ongelofelijk schouwspel: zij trekken aan lange kabels andere vliegtuigen
- de gliders - achter zich aan. De grond naderende alsof zij dalen wilden
laten zij de gesleepte toestellen los waarop zij onmiddellijk opstijgen. De
gliders landen voor het merendeel in de kunstmatige mist die alles onzichtbaar
maakt. Doch ook daar waar geen nevel hangt is de afstand te groot om
nauwkeurig te kunnen waarnemen wat er gebeurt, zelfs voor onze kijker.
Lieden die de gliders van nabij zagen neerkomen vertelden hoe de koppen open
klapten en kanonnen, kleine tanks, motorsteps en zonderlinge vierkante auto's
er gevechtsklaar uitreden.
Steeds regenen valschermen uit de heldere lucht. Vele vertonen onze nationale
kleuren: rood, wit, blauw en oranje; wij menen er een bizondere
- 6a -
attentie voor Nederland in te zien dat men onze Vaderlandse kleuren voor onze
bevrijding gebruikt. Doch in die gedachtengang is het ons niet duidelijk
waarom er ook zoveel groene parachutes zijn.
Later zouden de Geallieerde soldaten ons vertellen dat de kleuren aangeven
wat de parachutes vervoerden: de groene manschappen, de gele en rode
verschillende soorten munitie, de witte alles wat betrekking had op de
geneeskundige dienst.
Vanuit lagere regionen klinkt nu en dan een stem die ons aanmaant niet te
lang door het huis te dwalen en weer in de veilige kelder terug te keren.
Slechts node en met tegenzin verlaten wij het boeiende uitzicht op het
strijdtoneel en dalen de trappen af om ons weer op te sluiten in de
ondergrondse ruimte. Daar beneden ziet men niets van het gebeuren, wij moeten
maar trachten door de verschillende geluiden ons een beeld van het verloop van
de strijd te vormen. Voortdurend horen
|