Dagboek van dienstplichtig soldaat Martien Zilessen uit Groesbeek tijdens zijn verblijf in Nederlands - Indië in de periode 1947 -1950

Controle ergens in Nederlands - Indië

 

Maandag 17 November 1947;

Vandaag zijn er weer jongens hier afgelost, en naar Soengai Gerong gegaan. Vandaag is er weer een patrouille weggeweest met den motorboot. Onderweg hebben ze een lijk van een Inlander opgevist, die was met de handen op den rug geboeid, den nek half afgesneden en de hersens ingeslagen en toen in de rivier gegooid. Aan zijn lichaam kon je zien dat hij geweldig mishandeld was. Van de week heeft de luit nog een vrouw per ongeluk doodgeschoten. Hij wilde naast een paar kerels schieten om die bang te maken, want die moesten binnen blijven. Toen kwam er juist een vrouw van achter een bananenboom uit, en werd in haar borst geraakt, en was op slag dood. (Dit was in Soekadarma.).

 

Maandag 27 November 1947:

Vandaag zijn we weer naar Soengai Gerong verhuisd. Of we nog een keer naar Soengai Doea zullen gaan, weet ik ook nog niet.

 

Maandag 1 December 1947:

Wij zijn vandaag weer naar Soengai Doea verhuisd. In die week dat we in Soengai (nu geschreven als) Gerrong hebben we zeven haringen met zeven man gehad, dus voor ieder een haring, ieder 100 sigaretten, een bus boter, een bus peren en een bus cacao. Bovendien twee bussen vruchtensap. Dat gaat dus nogal.

 

Donderdag 11 December 1947:

We hebben vandaag alles ingepakt. ’s Middags twee kippen geslacht en lekker gegeten.’s Avonds hebben we nog patatfriet gegeten, en zijn toen om ongeveer 8 uur uit Soengai Doea vertrokken naar Soengai Gerrong. Daar hebben we ’s nachts geslapen, en zijn de volgenden dag verder gegaan.

 

Vrijdag 12 December 1947:

’s Morgens om 4 uur opgestaan, en om half 6 zijn we weer vertrokken. We hebben de hele dag op de boot moeten zitten. Onderweg hebben ze nog op een leguaan geschoten. We kwamen ’s avonds om ongeveer half twaalf op de plaats van bestemming: Moeara Kladon.Hier zitten we als laatste post vlak bij de T.R.I. Hier staat een jikker (of fikker ???) en wij hebben er ook nog een bij ons. We zitten nu weer samen met de KNIL (=Koninklijk Nederlands-Indisch Leger), maar die gaat binnenkort weg, en dan zitten we alleen.

 

Maandag 15 December 1947:

Vanmorgen zijn hier voor de eerste keer jongens van ons op patrouille geweest, maar hebben niets gezien. Wij zitten hier bij de demarcatielijn, en ’t is dus uitkijken. We hebben vanmorgen een fikkersstelling gebouwd voor onze fikker. Een Chinees heeft van den middag een grote schildpad geschoten. Daar kon je gerust op gaan zitten, dan loopt ze gewoon met je weg, zo’n groot beest is dat.

Terug naar pagina 15

Terug naar het begin

Naar pagina17

 

Even wat info over het zogenaamde T.R.I. :

T.R.I. betekent Tentara Republik Indonesia. Het was een leger gevormd door ene Oerip Soenohardjo van verschillende loslopende gevechtsgroepen, zoals o.a. de Hizbulla, de Sabillah, de BPRI en de Lashkar Rakjat. Op papier werden in de weken na 19 augustus 1945, zestien divisies gevormd. Tien op Java en zes op Sumatra, daar waar later m’n vader zat. Een belangrijk leider was toen Soekarno, maar ook Hatta.